Kraamtijd

Ga naar de pagina ‘Herstel na de bevalling’

Ga naar de pagina ‘Eerste week kindje‘

Of je borst- of kunstvoeding gaat geven is een heel persoonlijke keus die je, samen met je partner moet maken.
Meer informatie over borst- en kunstvoeding vind je op de website van De Verloskundige.  

We weten dat borstvoeding de meest natuurlijke voeding is voor je kindje. Doordat het waardevolle voedings- en afweerstoffen bevat die kinderen nodig hebben voor hun groei, ontwikkeling en gezondheid, heeft borstvoeding geven de voorkeur. Borstvoeding is niet na te maken. Wanneer je geen borstvoeding kunt of wilt geven, kunnen wij je adviseren over de verschillende kunstvoedingsvarianten.

Als je borstvoeding gaat geven, is het belangrijk om je hier goed op voor te bereiden. Betrek ook je partner hierbij omdat het bekend is dat een goede ondersteuning van je omgeving de belangrijkste factor is bij het slagen van borstvoeding. Voor meer informatie kun je terecht op www.borstvoeding.com. Ook worden er voorlichtingsavonden gegeven, zie Nuttige links. Voor meer informatie kun je natuurlijk ook altijd bij ons terecht. 

Meteen na de bevalling en gedurende het kraambed zullen de kraamverzorgster en wij je begeleiden bij het geven van borstvoeding. Na de kraamtijd kun je met vragen terecht op het consultatiebureau of bij een lactatiekundige.

In de kraamweek zijn wij als verloskundige je eerste aanspreekpunt en verantwoordelijk voor de gezondheid van jou en je kindje. Heb je vragen of ben je ergens ongerust over, dan kun je ons dag en nacht bellen op 06-28069584.
Ook indien je met een medische indicatie in het ziekenhuis bent bevallen, vallen jij en je kindje na thuiskomst weer onder onze verantwoordelijkheid.

De kraamverzorgster zal dagelijks een aantal controles uitvoeren, zoals het meten van je temperatuur, het beoordelen van de hoeveelheid bloedverlies en het controleren van eventuele hechtingen. Zij rapporteert dit aan ons.
Ook houdt de kraamverzorgster uiteraard goed de gezondheid van je kindje in de gaten; is de temperatuur goed? Gaat het voeden goed? Heeft je kindje een goede kleur? Indien zij ergens over twijfelt, dan neemt zij meteen contact met ons op.

Wij komen in de kraamweek een aantal keren langs. We bespreken dan hoe de bevalling gegaan is, geven voorlichting en beantwoorden eventuele vragen.

Aan het einde van de kraamweek zullen wij je vertellen dat wij de zorg overdragen aan je huisarts en het consultatiebureau. Indien je echter na de kraamweek nog vragen hebt waar wij misschien beter een antwoord op weten, mag je ons natuurlijk altijd bellen.

Zes weken na de bevalling kom je bij ons op nacontrole. Graag horen we dan hoe het de weken daarvoor gegaan is en of je lichamelijk weer helemaal hersteld bent. Uiteraard willen we dan ook je kindje bewonderen.

Zie de pagina ‘Belinstructie kraamtijd‘

Zie de pagina ‘Wat te regelen in de kraamtijd‘

Voor je eigen herstel na de bevalling is het soms prettig om een cursus te volgen. Hierin wordt bijvoorbeeld aandacht besteed aan het trainen van je bekkenbodemspieren. Je kunt dit gebruiken als opstapje voordat je eventueel je eigen sport weer oppakt. Ook kan het leuk zijn om met je kindje bijvoorbeeld een cursus babymassage te volgen.

Voor de verschillende cursussen kun je kijken bij Nuttige links.

Het krijgen van een kind is zowel voor moeder als vader een emotionele achtbaan. Alle gevoelens kunnen voorbij komen: Ultieme geluksgevoelens, op een roze wolk. Maar ook onzekerheid: doe ik het wel goed? Kan ik dit wel aan? Depressieve gevoelens: is dit het nou? Moet ik dit nou leuk vinden? ‘Ik weet dat het mijn kindje is, maar ik voel me nog niet echt moeder. De eerste dagen na de bevalling leven de meeste mensen op adrenaline. Daarna slaat echter de vermoeidheid vaak toe. De 4e dag na de bevalling is dan ook niet voor niets bij de meeste vrouwen de ‘tranendag’ (babyblues). Al deze gevoelens zijn niet erg, ze horen erbij. Het wennen aan het ouderschap heeft tijd nodig. Het is ook niet alleen maar leuk. Het is belangrijk dat je deze gevoelens naar elkaar en naar ons toe uitspreekt. Zo kunnen we met elkaar goed in de gaten houden of het nog goed met je gaat.

Sommige moeders blijven namelijk maandenlang somber. Ze zijn prikkelbaar, angstig en neerslachtig. Er kan dan sprake zijn van een postpartum depressie. Soms beginnen deze klachten pas na enkele weken of zelfs pas als je weer gaat werken. Twijfel je of je misschien een postpartum depressie hebt, blijf er niet mee zitten, maar bespreek dit met ons of met de huisarts.

Meer informatie vind je bijvoorbeeld in de e-books van Jade.
Ook de boeken “Perfecte moeders bestaan niet” en “Perfecte bevallingen bestaan niet” zijn aanraders.

Niet lang na de bevalling moet er ook weer nagedacht worden over anticonceptie.
Wanneer na de bevalling je menstruatie weer op gang komt, is moeilijk te voorspellen. Dit is met name afhankelijk van het feit of je borstvoeding of flesvoeding geeft. Indien je borstvoeding geeft, kan de eerste menstruatie een hele tijd (wel een aantal maanden) op zich laten wachten.
Op z’n vroegst menstrueer je weer voor het eerst 4 weken na de bevalling. Soms is het dan niet altijd even duidelijk of dit al een menstruatie is of nog bloedverlies van de bevalling.
Vóórafgaand aan je eerste menstruatie heb je mogelijk al een eisprong en ben je dus weer vruchtbaar. Denk dus altijd aan anticonceptie, ook al heb je nog niet gemenstrueerd.

Tijdens de kraamperiode en de nacontrole zullen we je informeren over de verschillende mogelijkheden van anticonceptie.
Indien je kiest voor een spiraaltje als anticonceptie, dan kun je daarvoor bij ons een afspraak maken. Ook kun je bij ons terecht voor een controle-echo indien het spiraaltje door iemand anders geplaatst is.

Belangrijk: als je kiest voor een spiraaltje, is het heel belangrijk om zeker te weten dat je geen seksueel overdraagbare aandoening (SOA) hebt. Dit kun je laten testen via huisarts of GGD, maar het is ook mogelijk om een simpele thuistest te doen via Testalize me.